2. Programma Sociaal

We hebben er in 2024 aan gewerkt dat inwoners zich minder zorgen maken over bestaanszekerheid. We probeerden als gemeente zo goed mogelijk om, binnen onze mogelijkheden, bij te springen in de gaten die het Rijk liet vallen. Ook in 2024 drukten stijgende en onzekere prijzen van energie, vervoer, wonen en voedsel zwaar op een grote groep mensen. Te weinig financiële armslag om basisvoorzieningen te kunnen bekostigen, betekent leven in bestaansonzekerheid voor huishoudens en een minder weerbare samenleving. We hebben inwoners zoveel mogelijk zekerheden gegeven in een onzekere wereld. Zekerheid van voldoende en voorspelbaar inkomen, zekerheid van werk en mee kunnen doen in de maatschappij.

1. Samen met inwoners en partners uit de stad formuleerden we uitgangspunten voor de doorontwikkeling van het beleid rondom bestaanszekerheid. Het uitvoeringsprogramma rondkomen en meedoen is vastgesteld en we werken dit samen verder uit.
2. In 2024 verlengden we de pilot Bouwdepot voor nog eens 30 jongeren. Bij het Bouwdepot is het inkomen voor jongeren een jaar lang gegarandeerd zodat zij zich geen zorgen hoeven maken over hun bestaan. In 2024 gingen we van start met het huishoudboekje. Daarmee ontzorgt de gemeente inwoners en regelt een deel van hun geldzaken.
3. In 2024 is ingezet op de doorontwikkeling en bekendheid van het Werkcentrum. In 2024 hadden 1200 inwoners uit de regio een individueel gesprek met éen van de gidsen in het Werkcentrum. Daarnaast maakten 280 inwoners uit de regio gebruik van de inloopspreekuren en vonden er groepsbezoeken plaats van onder andere leerlingen, studenten en statushouders, dit betrof 400 inwoners uit de regio.
4. Het voorstel over een maatschappelijke diensttijd voor jongeren is niet gerealiseerd, hiervoor was geen capaciteit beschikbaar.
5. In 2024 zijn wij in regionaal verband het gesprek gestart met RWA Amfors over de toekomst. Lokaal hebben wij afspraken gemaakt over een aantal pilots in het kader van de toekomst van een sociaal ontwikkelbedrijf, die wij in 2025 gaan uitvoeren en monitoren.

% huishoudens met geregistreerde problematische schulden

Dit is bepaald met behulp van registraties over betalingsachterstanden bij: de Belastingdienst, de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB), de Sociale Verzekeringsbank (SVB), het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), en voor eigen bijdragen Wlz/Wmo, bij BKR geregistreerde betalingsachterstanden en schuldregelingen, wanbetalers van de zorgverzekering, de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) en bijstandsvorderingen.

Vanaf 2021 gebruikt het CBS een aangepaste definitie (toevoeging van bronnen en geen bijschattingen meer). Daarom ontbreken cijfers van vóór 2021, en verschillen cijfers over 2021, 2022 en 2023 van eerder gerapporteerde cijfers. Het streefcijfer 2024 was gebaseerd op de oude definitie.

Ook in landelijke cijfers zien we dat het aantal huishoudens met problematische schulden de afgelopen jaren flink is toegenomen. Landelijk gaat het in 2024 om ca. 9% van de Nederlandse huishoudens. Er zijn allerlei factoren die de toename van het aantal mensen met problematische schulden kunnen verklaren. De kosten van levensonderhoud zijn de afgelopen jaren flink gestegen, zoals de kosten van energie en boodschappen. Het bestaansminimum staat voor een grote groep huishoudens onder druk, blijkt uit onderzoek van o.a. de Commissie Sociaal Minimum. Ook zien we nog de gevolgen van de coronacrisis bij ondernemers. In de coronaperiode konden zij uitstel van betaling krijgen en zijn invorderingen en aanslagen tijdelijk stopgezet. Deze maatregelen inmiddels niet meer van toepassing.

% huishoudens met risico op armoede

Dit zijn huishoudens die leven onder de lage-inkomensgrens. Deze huishoudens lopen risico op armoede. Inkomenscijfers zijn gebaseerd op registratiecijfers van onder andere de Belastingdienst en lopen daardoor altijd achter.

We streven natuurlijk naar het terugdringen van armoede. Maar als gevolg van gestegen energielasten, inflatie etc. lijkt het meest realistisch om ernaar te streven dat het % huishoudens met risico op armoede niet verder stijgt. Het gaat hier om ontwikkelingen die voor ons minder goed te beïnvloeden zijn.

Het meest recente cijfer is een voorlopig cijfer. Cijfers van voorgaande jaren waren ook voorlopig. Hierdoor kunnen definitieve cijfers van voorgaande jaren verschillen van eerder gerapporteerde (voorlopige) cijfers.

Gezondheid en vitaliteit van inwoners zijn van groot belang om mee te kunnen doen en een betekenisvol bestaan te kunnen leiden. We gaven in 2024 prioriteit aan een preventieve aanpak. Voorkomen is namelijk beter dan genezen. Hierbij hadden wij aandacht voor verschillen in gezondheid tussen inwoners en concentreerden we onze inzet in de wijken waar dit het hardst nodig is. We stimuleerden participatie, werkten aan het vergroten van de gezondheidsvaardigheden en faciliteerden bewegen en sport. We werkten daarvoor aan een groene, gezonde, toegankelijke, bewegingsuitlokkende en duurzame omgeving.

1. In 2024 is een start gemaakt met de uitvoering van de diverse programma's van Samen Sterker Eemland (regioplan Integraal Zorg Akkoord, IZA). Gemeenten in de regio werken aan de uitvoering van het herstelnetwerk (in samenwerking met de GGZ) en de ketenaanpakken preventie (Welzijn op Recept, aanpak overgewicht bij kinderen en volwassenen, Kansrijke Start en Valpreventie). GGDrU, IndeBuurt033 en SRO voeren deze lokaal uit, en ontvangen hiervoor middelen uit het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). Wij zijn betrokken bij het programma Versterking Eerste Lijn (samenwerking met huisartsen, paramedici en apothekers), waarvoor de mijlpalen voor o.a. Hechte Wijkverbanden zijn vastgesteld.
2. Inzet van sport & bewegen binnen de preventieve aanpak is onderdeel van het programma preventie. Sport en bewegen is onderdeel van de plannen per wijk. Ook is sport en bewegen onderdeel van de ketenaanpakken die ontwikkeld worden vanuit SPUKGALA en IZA. Daarnaast zijn de subsidieregelingen voor wijkgerichte activiteiten en stedelijke activiteiten binnen de sociale basis infrastructuur vernieuwd en is bewegen en gezonde leefstijl hier nadrukkelijk onderdeel van gemaakt. Uit de beleidsevaluatie van de sportnota in 2024 zijn diverse aandachtspunten naar voren gekomen die gaan over deze verbinding. Eind 2024 is een eerste stap gezet in het maken van de vertaling naar de nieuwe sport & beweegnota. Het versterken van de verbinding tussen sport, bewegen en het sociaal domein heeft hierin de nadrukkelijke aandacht.
3. In 2024 zijn we begonnen met de uitvoering van de proeftuin Kansrijk Liendert (in het kader van het Omgevingsprogramma Liendert) en de Wijkaanpak Sociaal. In Liendert is gestart met de implementatie van de negen kernaanpakken die samen het integrale Wijkplan Sociaal Kansrijk Liendert vormen. Er zijn o.a. buurtbanen gerealiseerd, de informele ondersteuning is uitgebreid en klantmanagers zijn in de wijk aanwezig. In het kader van de Wijkaanpak Sociaal zijn we samen met partners en inwoners in drie Amersfoortse wijken begonnen met het maken van één Wijkplan Sociaal dat de bestaande wijkplannen van o.a. Indebuurt033 en de Gezonde Wijkaanpak gaat vervangen.
4. We hebben een Meerjareninvesteringsprogramma voor de sportvoorzieningen (MIP Sport) opgesteld. Daarmee passen we tussen 2026 – 2040 beleid en investeringen toe, die hieraan bijdragen. Als voorbeelden: het functioneel verbeteren van multifunctionele accommodaties (MFA’s), aanleg van multisportsvelden en intensiever gebruik van velden door samenwerking tussen gebruikers. We hebben daarnaast een continue gesprek met de sportverenigingen over hun behoeftes. Door het intensieve gesprek met de stad én samenwerking met SRO is er een proces om onze sportaccommodaties zo intensief mogelijk te gebruiken.
5. In 2024 hebben we in samenwerking met onze collega's van Leefomgeving 5 projecten gerealiseerd, of de opdracht daartoe gegeven (lees: start werk 2024, oplevering 2025). Daarmee hebben we de openbare speel- en beweegplekken uitgebreid met o.a. een footy-tafel, 3x3 court en calisthenics-toestellen, in verschillende wijken van de stad. Met in Nieuwland (sport- en speelplek Zeldertsedreef) een primeur, met de aanleg van een openbare boulderwand. Voor wat betreft de ontwikkelgebieden in Amersfoort hebben we aan de voorkant zodanig advies geleverd, dat in de ontwerpen voor de openbare ruimte (maar óók voor individuele ontwikkelplots) voldoende beweegvriendelijk oppervlak is opgenomen en uitgewerkt. Voorbeeld is het aankomende Hoefpark in het Hoefkwartier. Gezien op de hele beleidsperiode (2019 – 2024) hebben we met een totaal van 13 projecten het gestelde doel van 8 (ver)nieuw(d)e sport- en beweegplekken overtroffen.

% goed of zeer goed ervaren gezondheid bij volwassenen en senioren

Percentage van de bevolking (van 18 jaar en ouder) dat zijn of haar gezondheid als goed of zeer goed ervaart. Elke vier jaar wordt deze indicator gemeten in de gezondheidsmonitor van de GGD-regio Utrecht. Behalve in 2022, toen was er na twee jaar een extra coronamonitor. Het betreft hier een cijfer gebaseerd op een steekproef.

De resultaten van de GGD Gezondheidsmonitor 2024 komen naar verwachting beschikbaar in de zomer van 2025. Deze resultaten nemen we op in de volgende Monitor Inclusieve Stad die eind 2025 verschijnt.

Kansengelijkheid in het onderwijs was voor ons in 2024 het uitgangspunt. Inwoners kregen van jongs af aan de ruimte en gelegenheid om zich te ontwikkelen tot competente en weerbare volwassenen. We stelden hen in staat op te groeien in een veilige en stimulerende (thuis)omgeving waarin zij hun talenten konden ontwikkelen en ontplooien. Dat legt de basis voor een leven lang leren en het vermogen om je te ontwikkelen in elke fase van je leven.

1. Het onderzoek naar over- en onderadvisering (basisschoolleerlingen krijgen een hoger of lager advies voor vervolgonderwijs dan ze aankunnen) in Amersfoort e.o. is afgerond. Daarnaast zijn er diverse initiatieven van de grond gekomen op het gebied van warme overdracht, ouderbetrokkenheid, kinderinspraak en inhoudelijke samenwerking tussen primair onderwijs (po) en voortgezet onderwijs (vo).
2. Buitenschoolse activiteiten zijn conform planning uitgevoerd. In Liendert is een vooronderzoek uitgevoerd naar het structureel realiseren van extra leertijd voor alle kinderen op de po-scholen in de wijk.
3. Alle Amersfoortse po-scholen hebben zich gecommitteerd aan centrale afspraken betreffende de aanmelding van kinderen in het po. Zij hebben een website gelanceerd met informatie voor ouders. De gemeente stuurt vanaf januari 2025 alle (ouders van) kinderen die 3 jaar worden – de leeftijd waarop kinderen mogen worden aangemeld bij een basisschool - een verjaardagskaart met een link naar de website.
4. Er is gezamenlijk met schoolbesturen een visie op integrale kindvoorzieningen ontwikkeld.
5. Er is veel aandacht voor het thema ‘volwassen worden’ en er gebeurt veel om jongeren te ondersteunen. Een meer integrale aanpak, waarin initiatieven op diverse leefgebieden in samenhang worden uitgevoerd, is nog onvoldoende van de grond gekomen. Onvoldoende personele capaciteit en daarmee samenhangende prioritering hebben ertoe geleid dat het werken aan een meer integrale aanpak is uitgesteld naar 2025-2026. Dit thema is vastgelegd in het UPJO.

% jongeren 0-23 jaar met Jeugdzorg

Deze indicator is gebaseerd op de Amersfoortse jongeren tot en met 22 jaar die jeugdzorg ontvingen in het eerste halfjaar van het betreffende jaar.
De cijfers vanaf 2021 zijn niet goed vergelijkbaar met voorgaande jaren door een trendbreuk in de cijfers van het CBS en door gewijzigde aanlevering van Amersfoortse wijkteamcijfers. Daardoor worden vanaf 2021 meer jongeren met jeugdzorg meegenomen in de cijfers.

In het kader van de Hervormingsagenda van de Jeugd 2023 is het streven om jeugdhulp beschikbaar te houden voor jeugdigen en gezinnen in de meest kwetsbare situaties. Amersfoort sluit aan bij de activiteiten op deze Hervormingsagenda wat zal leiden tot het beperken van de reikwijdte van de jeugdhulp en daarmee tot een daling van het aandeel jeugdigen dat gebruik maakt van specialistische jeugdhulp. We streven naar minder noodzakelijke jeugdhulp dan bij andere gemeenten met 100.000-300.000 inwoners.

De realisatiecijfers over het gebruik van zorg ijlen sterk na. Halfjaarlijks worden de cijfers geactualiseerd op de landelijke monitor www.waarstaatjegemeente.nl. Het meest recente cijfer is een voorlopig cijfer. Cijfers van voorgaande jaren waren ook voorlopig. Hierdoor kunnen definitieve cijfers van voorgaande jaren verschillen van eerder gerapporteerde (voorlopige) cijfers.

In 2024 zijn we in de regio Amersfoort gestart met een grote verandering in de jeugdhulp. We hebben sinds 1 januari 2024 de specialistische jeugdhulp ondergebracht in één organisatie, MetMaya www.metmaya.nl. Met één partij kunnen we goede afspraken maken en samenwerken aan betere en snellere jeugdhulp voor de kinderen die dat het hardst nodig hebben. Dat betekent dat er hard wordt gewerkt aan de implementatie van de nieuwe werkwijze, de opbouw van MetMaya en de transformatie van de jeugdhulp in onze gemeenten. De transformatieopgave uit de regiovisie is onderdeel van de opdracht van MetMaya en sluit aan op de transformatieopgave van het lokale veld.

Het jaar 2024 is een overgangsjaar waarin vanwege zorgcontinuïteit veel jeugdigen hun lopende trajecten nog afmaken bij (p*q) aanbieders waar zij hun traject voor 1 januari 2024 zijn gestart. Om deze reden zien we in 2024 nog geen verdere daling van het aantal en gebruik van jeugdhulp. Tegelijkertijd zien we dat de intensiteit en duur van jeugdhulptrajecten toeneemt. Hier zal in 2025 ook op gestuurd worden vanuit de transformatieopdracht van MetMaya. Vanwege de overgangssituatie en bijbehorende onzekerheden is het realisatiecijfer voor 2024 iets hoger dan het streefcijfer.

% voortijdig schoolverlaters

Voortijdig schoolverlaten proberen we te voorkomen. Amersfoort heeft over het schooljaar 22/23 (meest actuele beschikbare cijfers) met 2,26% een iets positiever resultaat in vergelijking met het landelijk cijfer waar het gemiddelde 2,38% is.  
Landelijk is het beeld dat jongeren meer blijven uitvallen door motivatie-, studiekeuze- en multi-problematiek als gevolg van de coronaperiode. Actuele cijfers worden gepubliceerd op Dashboards vsv en jikp (www.informatieproducten.duo.rijkscloud.nl/public/dashboardvsvopen/).

De indicator staat op www.waarstaatjegemeente.nl bij de indicatoren uit het Besluit Begroting en Verantwoording die het Rijk verplicht stelt in de Begroting.  

We hebben er in 2024 aan gewerkt dat Amersfoorters zich inzetten voor elkaar. Dat betekent dat zij op elkaar letten, oog hebben voor elkaar, elkaar helpen en zich inzetten voor anderen. Het sociale hart van Amersfoort - met de vele vrijwilligers en organisaties - was zichtbaar en voelbaar. Om de sociale cohesie tussen onze inwoners te bevorderen werkten we aan voldoende ontmoetingsplekken zijn, zowel binnen als buiten. We stelden per wijk vast wat hiervoor nodig was. De sociale basisinfrastructuur en iedereen die daar actief in is, vormden de ruggengraat en droegen bij aan de veerkracht van onze samenleving. Wij hadden niet alleen aandacht voor voorzieningen, maar stimuleerden en ondersteunden juist ook informele netwerken en burgeractiviteiten die gericht waren op het vormgeven van betekenisvolle relaties tussen inwoners.

1. We hebben de mogelijkheid verkend om te starten met een proef met een integraal wijkgebouw. De locatie aan de Hof der Gedachten, waarin GGD, Stichting Sociale Wijkteams (SWA), Indebuurt033 en GGZ Centraal gehuisvest zijn, is gedateerd en moet worden verbouwd. Hierbij wordt het pand ook geoptimaliseerd voor gebruikers tot integraal wijkgebouw. Er zijn verschillende gesprekken met de GGD, SWA, Indebuurt033, GGZ Centraal en de Alliantie gevoerd over het integraal samenwerken in deze locatie. In 2025 kan gestart worden met de verbouwing tot een integraal wijkgebouw.
2. Binnen het Programma Kansrijk Liendert is de inzet van een ervaringsdeskundige op beleid geborgd als vast onderdeel in het projectteam voor het beleid. Daarnaast worden inwoners structureel betrokken bij de implementatie van en regie op de aanpak in de wijk Liendert.
3. Na een succesvolle start in Kattenbroek hebben wij de aanpak voor een dementievriendelijke wijk stap voor stap uitgebreid naar 4 wijken. Per wijk wordt bekeken wat het beste bij die wijk past en hoe wij met sleutelfiguren in de wijken gericht kunnen ondersteunen om een dementievriendelijke wijk te zijn. Kennis en ervaringen tussen wijken worden actief uitgewisseld.
4. We hebben eerder in kaart gebracht waar de behoefte ligt aan de hand van een onderzoek van het Netwerk van Organisaties van Oudere Migranten. Vervolg hierop was een bijeenkomst eind 2023 waarin we bij professionals vanuit zorg en welzijn hebben opgehaald hoe we gezamenlijk kunnen werken aan een cultuursensitieve zorg. Vervolgacties hierop zijn opgenomen in het uitvoeringsprogramma 2025-2026 om daar nader uitwerking aan te geven.
5. Er is geen nieuwe visie geschreven voor mantelzorgbeleid, maar we hebben het bestaande beleid voortgezet. Ook is onderzocht waar nog winst is te behalen in de ondersteuning van mantelzorgers in Amersfoort. De uitkomst van de stadspeiling 2023 bevestigt het beeld van Ipsos I&O dat er blijvend aandacht nodig is voor het creëren van bekendheid ten aanzien van het bestaande ondersteuningsaanbod voor mantelzorgers in de stad. In 2025 zetten wij vervolgstappen die gericht zijn op verdere verbetering van de informatievoorziening voor mantelzorgers over ondersteuningsmogelijkheden en het bereiken van (jonge) mantelzorger.

Schaalscore sociale cohesie

Het kengetal sociale cohesie (ook wel sociale samenhang) wordt 1x in de twee jaar gemeten. Het is berekend op basis van de mening van inwoners over vier stellingen: de mensen in deze buurt kennen elkaar nauwelijks, de mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om, ik woon in een gezellige buurt waar veel saamhorigheid is, en ik voel mij thuis bij de mensen die in deze buurt wonen. De score varieert van 0 (=geen samenhang) tot 10 (=veel samenhang). Het betreft hier een cijfer gebaseerd op een steekproef.
In wijken waar de sociale cohesie lager is dan in Amersfoort gemiddeld streven we ernaar het verschil met het gemiddelde te verkleinen en deze richting hetzelfde niveau te brengen als in wijken waar de sociale cohesie hoger is.

Er is geen nieuw cijfer beschikbaar voor 2024. In 2025 zal opnieuw het kengetal sociale cohesie gemeten worden.

Amersfoort is een inclusieve stad. Iedereen is welkom in Amersfoort en moet zich veilig (kunnen) voelen, ongeacht leeftijd, achtergrond, geloof, afkomst, beperking, LHBTIQA+ of seksuele geaardheid. Iedereen doet mee op de manier en in de mate die het beste bij je past, en we probeerden daarom ook in 2024 polarisatie en segregatie te voorkomen. Mensen zijn verschillend en daarom kan meedoen voor iedereen wat anders betekenen. We ondersteunden en stimuleerden meedoen naar vermogen en bevorderden de regie die ieder op zijn leven heeft. Meedoen is geen strak keurslijf waar iedereen zich in moet voegen. Om mee te kunnen doen is ook ruimte nodig, om te vinden wat bij je past of om zelf invulling te geven aan meedoen. We zijn hierover in 2024 veel in gesprek geweest met partijen in de stad en vooral ook met inwoners.

1. In 2024 heeft Discriminatie.nl Provincie Utrecht de klachtenbehandeling van discriminatie meldingen afgehandeld voor onze gemeente. In samenwerking hebben we een stadsgesprek georganiseerd over 'thuisgevoel' in Amersfoort. En hebben zij de Diversiteitsweek georganiseerd, waarin veel plek was voor dialoog.
2. Het Regenboog-actieplan hebben we uitgevoerd. Roze 50+ heeft de theatervoorstelling Twee oude vrouwtjes georganiseerd samen met Silverein, waarna jongen als ouderen in gesprek zijn gegaan. Ook dit jaar hebben we het coming out ontbijt georganiseerd op het stadhuis.
3. We voerden met de stad een dialoog over het slavernijverleden en vierden samen Keti Koti.
4. In 2024 hebben we met onze Amersfoortse inburgeringsaanpak uitvoering gegeven aan de wet inburgering. Het doel van deze aanpak is dat nieuwkomers goed en duurzaam integreren. Zij zijn immers onderdeel van onze samenleving.  Deze aanpak is succesvol. In 2023 rondden 56 mensen hun inburgertraject af. In 2024 ging het tot nu toe om 77 mensen. Inburgeraars zijn blij met hun integratiebegeleider, en geven een gemiddelde score van 8,1 voor het taalaanbod, zo blijkt uit het klanttevredenheidsonderzoek.
5. Het COA bood in 2024 op 3 locaties opvang aan asielzoekers. Dit betrof de locatie aan de Barchman Wuytierslaan waar 600 mensen worden opgevangen, de noodlocatie op de Brand (Campanile hotel) voor 150 mensen en de in 2024 beëindigde locatie aan de Plotterweg. In samenwerking met het COA en organisaties zoals onderwijs, Sociale Wijkteams Amersfoort en Indebuurt033 organiseerden we passende voorzieningen voor de mensen die op deze locaties werden opgevangen. In 2024 zijn we gestart met het zoeken naar een aanvullende locatie. Hierbij houden we rekening met de afloop van tijdelijke locaties en de opgave op grond van de spreidingswet.

% vrijwilligers

Toelichting:
Dit is gemeten onder een steekproef van alle inwoners van 16 tot 85 jaar. Het betreft het aandeel dat aangeeft de afgelopen 12 maanden actief geweest te zijn als vrijwilliger (onbetaald werk buiten het eigen huishouden).

Algemene toelichting:
Wij streven ernaar dat alle inwoners van Amersfoort zo goed mogelijk mee kunnen doen en zich, waar mogelijk, inzetten voor anderen in hun omgeving. Vrijwilligers zijn onmisbaar voor veel mensen in Amersfoort, voor ondersteuning, aanspraak, gezelschap, maar ook voor zaken als administratie en begeleiding van groepen. Zonder hen zijn veel activiteiten en ondersteuning voor inwoners niet mogelijk. Via o.a. de vacaturebank van Indebuurt033 proberen we het aanbod te stimuleren en te matchen aan de vraag naar ondersteuning.

Er is geen nieuw cijfer beschikbaar voor 2024. In 2025 zal opnieuw het percentage vrijwilligers gemeten worden.

% werkloosheid

Het percentage mensen zonder betaald werk dat op zoek is naar werk en beschikbaar is voor de arbeidsmarkt per 100 inwoners van 15 jaar tot AOW-leeftijd.

De nieuwe cijfers voor 2024 zijn naar verwachting eind februari beschikbaar.  

We hebben in 2024 inwoners van Amersfoort zoveel mogelijk ondersteund om zelfstandig te leven.
We werkten aan een veilige omgeving voor inwoners, thuis of in hun wijk en de stad. We investeerden in het prettig samenleven in de straat, buurt of wijk.

1. We hebben gewerkt aan een subsidieregeling waarmee woningen geschikter en passender kunnen worden gemaakt.
2. We hebben onderzocht in hoeverre individueel overstijgende oplossingen voor wonen, rollen of vervoersvoorzieningen mogelijk zijn en of beleid moet worden aangepast. Hierover zijn gesprekken gevoerd met potentiële aanbieders. Deze gesprekken hebben niet geleid tot resultaten en daarom is besloten hier niet verder op in te zetten.
3. Wij hebben gewerkt aan het realiseren van meer plekken voor de maatschappelijke opvang. Dit hebben wij o.a. gedaan door via de winteropvang extra tijdelijke plekken te bieden. Ook hebben wij afspraken gemaakt met alle aanbieders om alle beschikbare bedden optimaal te benutten. Voor de realisatie van een nieuwe locatie voor maatschappelijke opvang is een nieuwe aanbesteding gestart. In 2025 wordt duidelijk welke aanbieder en op welke locatie de nieuwe opvang gerealiseerd wordt.
4. Er is, samen met aanbieders en de woningcorporatie, een woonzorgplan Skaeve Huse opgesteld. Omwonenden van de beoogde locatie voor Skaeve Huse hebben hier een input op kunnen geven en deze feedback is verwerkt in het uiteindelijke plan. In 2025 worden verdere stappen gezet richting de realisatie van Skaeve Huse in Amersfoort.
5. Voor het bestrijden van mensenhandel zijn met onze uitvoerende partners Veilig Thuis en Kwintes afspraken gemaakt over een 'Meldpunt mensenhandel', de coördinatie van de hulp voor slachtoffers en het zo nodig bieden van opvang.

% ouderen (70+) dat zelfstandig woont

Het cijfer toont het percentage personen van 70 jaar en ouder dat in het betreffende jaar zelfstandig woont. Een persoon woont zelfstandig als hij of zij niet in een instelling (zoals een verpleeg- of verzorgingshuis) woont. In het programma Langer Thuis heeft het Rijk de ambitie opgenomen om ouderen te helpen in hun vertrouwde omgeving zelfstandig oud te worden met een goede kwaliteit van leven. Het aandeel zelfstandig wonende is in Amersfoort iets lager dan in andere gemeenten met 100.000 tot 300.000 inwoners (in 2024 was het aandeel daar 94,7%).   

Het is niet mogelijk om hier eenduidig een oorzaak voor aan te wijzen, aangezien hier veel factoren invloed op hebben. Of mensen thuis kunnen wonen is afhankelijk van de intensiteit van de zorgvraag. Daarnaast kan bijvoorbeeld een onvoldoende sociaal netwerk of overbelasting/uitvallen van het netwerk/mantelzorgers een reden zijn niet meer thuis te kunnen wonen. We weten niet of laatstgenoemde factoren in Amersfoort anders zijn dan in andere gemeenten met 100.000 tot 300.000 inwoners, omdat hier geen recente cijfers over beschikbaar zijn.

% Wmo-ondersteuning

Deze indicator betreft het aantal inwoners met een WMO indicatie met maatwerkarrangementen in het eerste halfjaar van het betreffende jaar per 100 inwoners. Deze indicator komt uit het Besluit Begroting en verantwoording (BBV). De BBV indicatoren staan gepubliceerd op www.waarstaatjegemeente.nl. Hier staat het per 1000 inwoners. Onder gemeenten met 100.000 - 300.000 inwoners was het 6,7% in 2023 en 2024.  

We zetten ons in om mensen te ondersteunen om zo lang mogelijk zelfstandig thuis te kunnen wonen met het aanbieden van voorzieningen. Het toenemende aantal inwoners dat een beroep doet op de WMO zou kunnen samenhangen met onze inzet om ondersteuningsmogelijkheden kenbaar te maken en tevens zou de gestage vergrijzing van invloed kunnen zijn op het toenemende beroep op voorzieningen.  

Het betreft halfjaar cijfers. Het meest recente cijfer is een voorlopig cijfer. Halfjaarlijks worden de cijfers geactualiseerd op de landelijk monitor www.waarstaatjegemeente.nl (onder Gemeentelijke monitor sociaal domein). Cijfers van voorgaande jaren waren ook voorlopig en zijn door na-ijlende verantwoording achteraf gaan dalen. Administratief zijn dossiers gecorrigeerd op basis van het werkelijke zorggebruik. Hierdoor kunnen definitieve cijfers van voorgaande jaren verschillen van eerder gerapporteerde (voorlopige) cijfers.