Paragrafen

Duurzaamheid

Duurzaamheid

Inleiding

De gemeenteraad heeft bij het vaststellen van de nieuwe indeling van de begroting (4 april 2023 ) besloten om ook een paragraaf Duurzaamheid op te nemen. Deze paragraaf heeft het karakter van een dwarsdoorsnede en brengt samenhang in het programma-overstijgend thema Duurzaamheid. Het opnemen van deze paragraaf past bij landelijke en mondiale ontwikkelingen.
We hebben in de wereld te maken met complexe maatschappelijke vraagstukken, zoals de opwarming van de aarde, uitputting van grondstofvoorraden en sociale ongelijkheid. Als overheid hebben wij de verantwoordelijkheid om onze negatieve impact te minimaliseren en een bijdrage te leveren aan het oplossen van deze maatschappelijke vraagstukken. Deze verantwoordelijkheid werd bevestigd in rechtszaken tegen de Nederlandse Staat en Shell door de zogenoemde zorgplicht. Beide worden verplicht zich meer in te gaan zetten om de uitstoot van CO 2 te verminderen.

Beleidskader / algemene uitgangspunten

De gemeente Amersfoort heeft deze duurzame verantwoordelijkheid omschreven in het Coalitieakkoord 2022-2026 in drie inhoudelijke uitgangspunten:

  • Goed leven binnen de grenzen van de aarde
  • Een thuis voor iedereen
  • Welzijn en sociale rechtvaardigheid

Deze drie inhoudelijke uitgangspunten sluiten aan bij de benadering van Brede Welvaart en de Sustainable Development Goals . Het Rijk monitort jaarlijks hoe Nederland ervoor staat op tal van aspecten.  De monitor van het Rijk zien hoe het met brede welvaart en de kwaliteit van leven in het hier en nu is gesteld, en hoe deze welvaart is verdeeld over bevolkingsgroepen. Ook kijkt de monitor naar de effecten op volgende generaties en mensen in andere landen.  
Daarnaast gaat vanuit het EU-Actieplan voor Duurzame Financiering en de Europese Green Deal verschillende regelgevingen en richtlijnen voor duurzaam rapporteren gelden, zoals de CSRD-wetgeving. CSRD-wetgeving verplicht bedrijven om te rapporteren over de milieu- en sociale impact van de bedrijfsactiviteiten. Deze wetgeving geldt vanaf 1 januari 2024: Corporate sustainability reporting .
De European Sustainability Reporting Standards (ESRS) is een duurzaamheidsrapportage standaard waar organisaties aan moeten voldoen als gevolg van de CSRD-wetgeving. In deze standaarden komen de rapportagevereisten aanbod met betrekking tot de risico’s, strategie, beleid en impact van de organisatie op een van de specifieke thema’s afgeleid van Environmental, Social en Governance aspecten (ESG).
Als gemeente zijn we niet verplicht om te voldoen aan de CSRD-wetgeving en hoeven we dus ook niet de ESRS-standaarden te volgen. Toch willen we op duurzaamheid rapporteren omdat we ambitieuze doelen opgesteld hebben en door verslaggeving de voortgang kunnen meten. Daarnaast hebben we een voorbeeldfunctie richting het bedrijfsleven en de maatschappij.  
De paragraaf Duurzaamheid is een groeimodel, waarbij we klein en realistisch beginnen. Ieder jaar houden we de paragraaf tegen het licht van de meest recente ontwikkelingen. In deze duurzaamheidsparagraaf worden de belangrijkste doelstellingen op het gebied van duurzaamheid uit het coalitieakkoord gekoppeld aan indicatoren. De duurzaamheidsparagraaf bestaat uit twee onderdelen:

  1. Samen met de stad aan de slag
  2. Eigen huis op orde

In het eerste deel worden de ambities en indicatoren voor de stad Amersfoort benoemd. In het tweede deel wordt dieper op de ambities en indicatoren van de eigen organisatie ingegaan. Voordat we deze beschrijven gaan we de visie van Amersfoort op het leven binnen de grenzen van de aarde.

Afgelopen jaar heeft de ‘Coalition of the Willing’ (een initiatief van de gemeente Haarlem) een duurzaamheidshandreiking aangeboden aan de Commissie BBV. De gemeente Amersfoort was agendalid van deze ‘Coalition of the Willing’. Onze verwachting is dat (een deel van) deze handreiking een verplichtend karakter krijgt. Daarom nemen wij de komende jaren steeds meer uit deze handreiking over in onze paragraaf duurzaamheid.  

Visie

Wij kijken twee generaties vooruit, wat betekent dat?
In Amersfoort leven we goed binnen de grenzen van de aarde. Hier hoort iedereen erbij, helpen we elkaar en vinden we altijd een manier om in ieders behoefte te voorzien. Een fijne en betrokken gemeenschap om in te zijn, te wonen en te werken. We voelen ons hier thuis.
Een thuis waarin we samenleven binnen de grenzen van de aarde (Planetary boundaries - Stockholm Resilience Centre ). Dit doen we voor onszelf én onze kinderen. Onze stad is veranderd in een groene en koele oase met een grote diversiteit aan inheemse planten en dieren en schoon water. Hier kunnen we genieten van momenten van rust, ontspanning en ontmoeting. 
We wonen, leven en werken in balans met de natuur en verbinden de natuur aan onze bebouwing. Er zijn op tijd, voldoende en betaalbare woningen beschikbaar voor iedereen. Die woningen zijn comfortabel, gezond, leveren genoeg energie en zijn gebouwd met materialen en ontwerpen die het welzijn van mens, dier en natuur verbeteren. Onze spullen en materialen die we gebruiken zijn natuurlijk, lokaal of hernieuwbaar. Ruilen, delen, repareren en hergebruiken is bij ons de normaalste zaak van de wereld. 
In Amersfoort is energie altijd en voor iedereen beschikbaar. We gaan bewust met deze energie om en we wekken het lokaal en schoon op. We verplaatsen onszelf en onze materialen op een stille en schone manier. Zo zorgen we voor een kleinere voetafdruk en ondersteunen lokaal ondernemerschap.

Onderdelen

Hoofdstuk 1: Samen met de stad aan de slag

Het coalitieakkoord van de gemeente Amersfoort benoemt in het uitgangspunt “goed leven binnen de grenzen van de aarde” vooral doelen en maatregelen met betrekking tot klimaatverandering, vergroening en biodiversiteit, circulariteit en vervuiling. Hoe wij varen op ieder van deze onderwerpen meten we aan de hand een aantal indicatoren. Ook noemen we een aantal indicatoren die we in de toekomst willen gaan meten.

1.1. Klimaatverandering: CO 2 -uitstoot verminderen

Het onderwerp klimaatverandering is voornamelijk gerelateerd aan de planetaire grens ‘klimaatverandering’. Daarnaast heeft klimaatverandering betrekking op 6 Sustainable Development Goals . Tot slot is klimaat een van de Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen (MVOI) thema’s.
1.1 Ambitie
De gemeente Amersfoort realiseert zich dat de opgave om te groeien en de opgave om binnen de grenzen van de aarde te blijven enorm uitdagend is. Daarom hebben we onszelf in het coalitieakkoord het doel gesteld om een minimale CO 2 -reductie van 55% in 2030 ten opzichte van 1990 te behalen. In 2050 willen we een CO 2 -neutrale stad zijn. Daarmee committeert de gemeente zich aan de 1,5 graden grens uit het Parijs Akkoord om binnen de grenzen van de aarde te blijven leven.
1.2 Indicator: CO 2 -budget
IPCC berekent hoe groot het resterende koolstofbudget is. Dit koolstofbudget (ook wel CO 2 -budget of MPG-2 genoemd) geeft aan hoeveel CO 2 we nog kunnen uitstoten voordat we aan een bepaalde temperatuurstijging zitten (bijvoorbeeld 1,5 graden uit het Parijs Akkoord). De gemeente Amersfoort gebruikt het CO 2 -budget als hoofdindicator voor klimaatverandering.
Budget
Het beschikbare budget ten opzichte van 2020 is theoretisch te berekenen, zie bijvoorbeeld onderstaand figuur uit het rapport Woningbouw-binnen-planetaire-grenzen .

Momenteel meetbaar
We berekenen het CO 2 -budget van de gemeente Amersfoort theoretisch. We hebben namelijk het CO 2 -budget  vanaf 2020 voor heel Nederland uitgerekend, toen IPCC het budget voor het eerst berekend heeft. Dit totale CO 2 -budget hebben we gerelateerd aan de groei van Amersfoort en aan de grootgebruikers van CO 2 -uitstoot: nieuwbouw, renovatie, openbare ruimte, industrie etc.
Middellange termijn
Op de middellange termijn gaan we de CO 2 -uitstoot van hoge impact sectoren (nieuwbouw, renovatie, openbare ruimte en industrie) daadwerkelijk berekenen. De daadwerkelijk CO 2 -uitstoot gaan we vervolgens vergelijken met het theoretische CO 2 -budget. Op deze manier krijgen we inzicht in hoe we ervoor staan met onze ambitie en op welke vlakken er extra maatregelen nodig zijn om binnen de 1,5 graden te blijven.  
Als we kijken naar het doel om in 2030 een 55%-reductie van CO 2 -emissies te behalen in Amersfoort lijkt dat haalbaar, mits ook Rijk en andere overheden hun bijdrage leveren. Ook is het nodig dat lopende projecten binnen Amersfoort doorgang kunnen blijven vinden.
Lange termijn
In de toekomst willen we alle uitstoot binnen de gemeentegrenzen in kaart brengen en dat vergelijken met het theoretische CO 2 -budget. Op deze manier wordt het thema klimaatverandering geheel in beeld gebracht.  
Daarnaast staan in het coalitieakkoord diverse doelstellingen gekoppeld aan de ambitie om CO 2 -neutraal te zijn in 2050. Zoals schonere en duurzamere vormen van mobiliteit en het besparen van stroom. In de toekomst willen we voor meer maatregelen uit het coalitieakkoord indicatoren opnemen om voortgang en impact te kunnen meten. Zo wordt voor het aardgasvrij maken van Amersfoort gedacht aan het meten van het aantal aardgasvrije aansluitingen of aansluitingen op het warmtenet. Deze effectindicatoren zijn voor het verduurzamen van energievoorziening momenteel in ontwikkeling.  

De CO2 uitstoot per jaar

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

439

451

412

374

354

335

Bron:

Dashboard Duurzaamheid, gemeente Amersfoort

Toelichting:

Dit is de totale CO2-uitstoot van wonen, werken en verkeer per jaar (kton CO2). Het cijfer loopt altijd 2 jaar achter. Dit heeft te maken met berekeningen die het CBS voor het subonderdeel ‘verkeer’ moet doen. Het streven is dat de gemeente Amersfoort in 2050 CO2-neutraal is (‘0’). Voor 2030 streven we naar een reductie van 55% CO2-uitstoot ten opzichte van 1990. Dit cijfer is niet bekend, maar uit CBS-onderzoek blijkt dat de uitstoot vergelijkbaar is met de CO2-uitstoot in 2017.  Dit komt neer op een uitstoot van 258 kton in 2030, de streefcijfers voor andere jaren tot 2030 zijn hierop gebaseerd. Vooralsnog is deze methode ons vertrekpunt.

1.2. Vergroening en biodiversiteit

Dit onderwerp is voornamelijk gerelateerd aan de planetaire grenzen: biodiversiteit, landgebruik en waterschaarste. Daarnaast is dit onderwerp gerelateerd aan 6 Sustainable Development Goals . Ook valt dit onderwerp onder het MVOI-thema milieu.
2.1 Ambitie
De ambitie van de gemeente Amersfoort is: Een natuurinclusieve stad met een vergrote en robuuste biodiversiteit.
We verbeteren de leefcondities van 33 geselecteerde, voor Amersfoort kenmerkende soorten (gidssoorten). Dit zijn de minimale voorwaarden die deze algemene soorten nodig hebben om behouden te blijven, de zogenaamde Basiskwaliteit Natuur (BKN).  
2.2 Indicator: Kwaliteitsindicator
Naast de kwantitatieve Kritieke Prestatie Indicatoren (KPI’s) zoals beschreven in het Omgevingsprogramma Groen-Blauw 2040, is het essentieel om inzicht te krijgen in de kwaliteit van de natuur in Amersfoort. Hiervoor dienen we doorlopend te meten en weten hoe het ervoor staan met (kenmerkende) soorten (gidssoorten) en hun leefgebied. De informatie is er nu nog niet volledig. We gaan daarom de bestaande monitoring uitbreiden.
Middellange termijn:
Als eerste stap stellen wij (als onderdeel van het uitvoeringsplan biodiversiteit) een monitoringsplan biodiversiteit op. Daarin gaan wij ons richten op de Amersfoortse 33 gidssoorten, maar vooral ook op de kwaliteit van de leefomgeving waar zij voor staan. Hiervoor inventariseren we eerst welke soorten al gemonitord worden en welke data al aanwezig is. Daarna stellen we een monitoringsplan op.
Voorbeelden van bestaande monitoring zijn:
- Meetnet Urbane Soorten (MUS) monitort broedvogels in de bebouwde omgeving. Deze gegevens kan de gemeente Amersfoort gebruiken om de lokale verspreiding en populatieverandering van de huismus en gierzwaluw vast te stellen en te vergelijken met de landelijke populatietrends.
- Meetnet vleerMUS meet de populatietrend van vleermuissoorten.
- In samenwerking met de Vlinderstichting worden elke winter eitjes van de sleedoornpage geteld in het Soesterkwartier.
Naast de focus op de Amersfoortse gidssoorten, zal het (conform de beschreven KPI’s in het Omgevingsprogramma Groen-Blauw 2040) inzichtelijk maken van oppervlaktes stads- en buurtgroen en oppervlaktes functioneel leefgebied voor de 33 kenmerkende gidssoorten van Amersfoort onderdeel worden van het monitoringsplan. Deze Key Performance Indicators (KPI’s) beschrijven de mate van biodiversiteit/natuurinclusiviteit en vergroening van de stad en geven weer of de ontwikkeling van de natuurinclusieve stad de goede kant op gaat.
Lange termijn:
Op grond van de nieuwe en vollediger monitoringsresultaten kunnen waar nodig maatregelen worden genomen die bijsturen in biodiversiteitsbeleid, inrichting en beheer. Het monitoringsplan zal op termijn geëvalueerd moeten worden, en daarna waar nodig bijgesteld.

1.3. Circulariteit: materiaalgebruik van de stad

Dit onderwerp is voornamelijk gerelateerd aan de planetaire grens: nieuwe entiteiten. Daarnaast raakt dit onderwerp 7 Sustainable Development Goals .  Ook is circulariteit een van de MVOI-thema’s.
3.1 Ambitie
De gemeente Amersfoort wil een economie waarin ondernemers een duurzame en sociale band met hun omgeving, de stad en hun werknemers aangaan. Specifiek hebben we het doel gesteld om in 2030 50% minder primair materiaal te gebruiken en in 2050 een 100% circulaire economie te hebben.
3.2 Indicator: Massa / Milieukostenindicator / MilieuPrestatie Gebouwen
Momenteel is de gebouwde omgeving een van de grootste uitdagingen van de gemeente Amersfoort, vanwege het grote woningtekort. Dit wordt uitgebreid in het coalitieakkoord beschreven onder uitgangspunt 2: “een thuis voor iedereen”. Het streven is om deze woningen zo circulair mogelijk te bouwen, zodat de gebouwen die in Amersfoort worden gebouwd zo klein mogelijke milieuvoetprint hebben.
Momenteel meetbaar
Voor de openbare ruimte gebruiken we de Milieu Kosten Indicator (MKI) die eveneens de milieu-impact van materialen en de bouw inzichtelijk maakt. Doordat we de materialenstromen in kaart hebben gebracht, kunnen we de MKI-score van infrastructuur berekenen.
Middellange termijn
De voetprint van gebouwen kan op termijn met de indicator MPG (MilieuPrestatie Gebouwen) worden gemeten. De MPG-score drukt de milieu-impact uit van de bouw (materialen + aanleg) van kantoren en nieuwbouwwoningen.
Lange termijn
In de toekomst kunnen we uitbreiden naar de overige materiaalstromen buiten de bouw. Dit kunnen we berekenen met levenscyclusanalyse (LCA). Met de LCA worden alle relevante milieueffecten - waaronder CO 2 - inzichtelijk gemaakt.

1.4. Vervuiling: Luchtkwaliteit

Dit onderwerp is voornamelijk gerelateerd aan de planetaire grens: vervuiling. Daarnaast raakt dit onderwerp 7 Sustainable Development Goals doelen. Ook valt vervuiling onder het MVOI-thema milieu.
4.1 Ambitie
De gemeente Amersfoort streeft naar een gezonde omgeving die uitnodigt om te bewegen en elkaar te ontmoeten. Als specifieke doelstelling hebben we in het coalitieakkoord gesteld dat we uiterlijk in 2030 willen voldoen aan de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)-richtlijnen (uit 2005). Amersfoort heeft ook het landelijke Schone Lucht Akkoord getekend. Het doel van dit landelijke akkoord is een permanente verbetering van de luchtkwaliteit en minimaal 50% gezondheidswinst in 2030 ten opzichte van 2016.  
4.2 Indicatoren: fijnstof (PM2.5 en 10) en stikstof (NO2)
Luchtvervuiling wordt gemeten met de indicator van concentratie fijnstof (PM2.5 en PM10) en de concentratie stikstofdioxide in de lucht (NO2). Fijnstof is een verzamelnaam voor deeltjes kleiner dan respectievelijk 2,5 en 10 micrometer, die schadelijk zijn voor de gezondheid. Ze ontstaan onder andere uit verbranding van brandstoffen, zoals roet. Stikstofdioxide ontstaat ook tijdens verbranding van brandstoffen en is schadelijk voor de gezondheid.
Momenteel
Wij berekenen de concentraties fijnstof en stikstof via de monitoring van het Schone Lucht Akkoord.
Middellange termijn
Beide indicatoren worden momenteel landelijk berekend via de monitoring van het Schone Lucht Akkoord. Dit wordt echter niet jaarlijks gedaan. Dus jaarlijks rapporteren is op dit moment erg complex vanwege ingewikkelde meetmethodes.

Hoofdstuk 2. Eigen huis op orde

Het tweede onderdeel van de duurzaamheidsparagraaf gaat over de doelstellingen en indicatoren van de eigen organisatie. De eigen organisatie heeft voornamelijk invloed over de onderwerpen klimaatverandering en circulariteit. Daarom worden deze onderwerpen hieronder uitgewerkt.

2.1. CO 2 -uitstoot van de gemeente

De gemeente heeft de ambitie om in 2030 de uitstoot van de gemeentelijke organisatie met 60% te verminderen ten opzichte van 2011. Sinds 2011 zijn we aan de slag gegaan met de duurzaamheidsdoelstellingen.
Momenteel meetbaar
Indicator 1: Totale CO 2 -uitstoot openbare ruimte (renovatie en onderhoud plus aanleg)
Momenteel brengen we de vastgelegde CO 2 -uitstoot van bestaande GWW-assets in kaart. In de toekomst willen we de nieuwe CO 2 -uitstoot voor renovatie, onderhoud en aanleg inzichtelijk maken door middel van een MKI-berekening.

Vastgelegde CO2-uitstoot van bestaande GWW-assets (kg)

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

10.334.755

Bron:

Toelichting:

Voor de openbare ruimte gebruiken we de Milieu Kosten Indicator (MKI) die eveneens de CO2-uitstoot inzichtelijk maakt. Doordat we de materialenstromen in kaart hebben gebracht, kunnen we de uitstoot van infrastructuur berekenen naar gemiddelde per jaar.

Komende jaren kunnen we aan de hand van uitgevoerde projecten vooruitgang ten opzichte van dit referentiegetal gaan meten.

Indicator 2: Totale CO 2 -uitstoot maatschappelijk vastgoed (renovatie)

Het college heeft als doel gesteld dat het maatschappelijk vastgoed in eigendom van gemeente in 2030 gasloos en zoveel mogelijk CO 2 neutraal moet zijn. Eind 2023 is hiervoor een samenwerking afgesloten met 5 aannemers. Inmiddels zijn de eerste gebouwen aardgasvrij opgeleverd met een CO 2 besparing tussen de 77 en 100%. Voor de eerste selectie van 11 gebouwen geldt een prognose van gemiddeld 70% CO 2 besparing.
Naast energie-gebonden CO 2 uitstoot wordt ook in toenemende mate gestuurd op het beperken van materiaal-gebonden CO 2 emissies. Dit door bewuste keuzes in hergebruik, biobased materialen en gerecyclede materialen. Op de middellange termijn willen we de materiaal-gebonden CO 2 uitstoot voor renovaties verder inzichtelijk maken en hierop meer te sturen.

Indicator 3: Certificering CO 2 -prestatieladder
Als organisatie is de gemeente gecertificeerd voor trede 3 op de CO 2 - prestatieladder. Jaarlijks vindt een audit plaats voor het behoud van de certificering. Doelstelling is om in 2026 40% CO2 reductie te behalen t.o.v. 2018. Bij de introductie van handboek 4.0 per 1 januari 2025 is trede 3 verzwaard door greenhouse gasses als SOx en NOx Mee te rekenen naast de CO2-uitstoot. We onderzoeken nog per wanneer we in deze impliciete verzwaring stappen.   
Indicator 4: Totale CO 2 -uitstoot bedrijfsvoering
Momenteel rapporteren we over scope 1 en 2 van de CO 2 prestatieladder. We monitoren over het gas- en elektriciteitsverbruik van de volgende onderdelen.

      • Verbonden partijen: Theater- en congrescentrum Flint NV, Parkeren Amersfoort BV, OBV Ontwikkelingsbedrijf Vathorst
      • Vastgoed
      • Wagenpark en materieel
      • Openbare ruimte
      • Gemalen en pompen

In de toekomst willen we ook scope 3 inzichtelijk maken.

Trede certificering CO2-prestatieladder

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

3

3

3

3

3

3

Bron:

Toelichting:

CO2-managementsysteem dat bestaat uit 5 niveaus. Tot en met niveau 3 gaat een organisatie aan de slag met de uitstoot van de eigen organisatie (en alle projecten). Vanaf niveau 4 en 5 wordt er ook werk gemaakt van de CO2-uitstoot in de keten en sector.

Totale CO2-uitstoot bedrijfsvoering (ton)

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

1.456

2.247

1.342

1.242

Bron:

Toelichting:

De uitstoot van de bedrijfsvoering van de gemeente die ziet op energie-brandstof verbruik (scope 1), elektriciteitsverbruik (scope 2) en zakelijke reizen.

2.2. CO 2 -neutraal en circulair inkopen en aanbesteden

De gemeente heeft als doelstelling om in 2026 een 100% CO 2 neutrale en circulaire inkoop en aanbesteding van gemeenschappelijke goederen en diensten te hebben.
Indicator 1: CO 2 -reductie
Deze indicator wordt momenteel nog niet gemeten. Op de middellange termijn willen we de massa en het type materiaalgebruik inzichtelijk maken door middel van een MKI-berekening (openbare ruimte) en MPG-berekening (maatschappelijk vastgoed).  Vervolgens gaan we per inkoopsegment de milieu-impact berekenen op basis van een levenscyclusanalyse (LCA) om de volledige CO 2 -reductie van alle inkopen en aanbestedingen te meten. Dit is een gevestigde methode, maar wordt in de praktijk nog weinig gebruikt. De gemeente Amersfoort wil hiermee beginnen. Dit kan geïmplementeerd worden door in aanbestedingen LCA’s op te vragen.
Daarnaast wordt voor nieuwe aanbestedingen de indicator CO 2 -budget gebruikt, om te berekenen hoeveel CO 2 -emissies een project mag uitstoten.

Indicator 2: Circulariteit
Daarnaast betekent 100% circulair dat er minder gebruik kan worden gemaakt van primaire grondstoffen en dat er meer gebruik moet worden gemaakt van secundaire grondstoffen. De indicator voor dit onderdeel is een MKI-score van onze assets. Dit hebben we nu al in beeld voor de openbare ruimte. We gaan dit op de middellange termijn koppelen aan de monitor MVOI. Daarnaast breiden we dit uit naar andere inkoopsegmenten. Deze data is tevens af te lezen uit LCA-rapporten.

Overzicht groeimodel indicatoren paragraaf Duurzaamheid

Tabel PD.01 Indicatoren

HOOFDINDICATOR

DEELINDICATOR

MOMENTEEL

MIDDELLANGE TERMIJN

LANGE TERMIJN

Klimaatverandering

CO2-uitstoot

CO2

CO2

CO2

CO2-budget

Uitstoot van hoge impact sectoren minus CO2-budget

Totale uitstoot binnen de gemeentegrenzen minus CO2-budget

Vergroening en biodiversiteit

Klimaatindicator

VleerMUS en Vlinderstichting

Ecosystem accounting

Circulariteit

Materiaalgebruk van de stad

MKI

Massa materiaal GWW-assets

MKI/MPG en Massa materiaal voor alle nieuwbouwwoningen en kantoren van alle GWW-assets

Totale MKI/MPG en massa materiaal gebruik binnen de gemeentegrenzen

Vervuiling

Luchtkwaliteit

Fijnstof

Stikstof

Fijnstof en stikstof

Fijnstof

Stikstof

CO2-uitstoot van de gemeente

Totale CO2-uitstoot openbare ruimte

Vastegelegd CO2-uitstoot van bestaande GWW-assets

Nieuwe CO2-uitstoot van alle onderhoud, renovatie en aanleg

Resterend CO2-budget openbare ruimte

Totale CO2-uitstoot maatschappelijk vastgoed

CO2-uitstoot als gevolg van energiegebruik

CO2-uitstoot van energiegebruik en nieuw toe te voegen materialen

Resterend CO2-budget maatschappelijk vastgoed

CO2-prestatieladder

Certificering trede 3

Certificering trede 4

Certificering trede 5

Totale CO2-uitstoot bedrijfsvoering

Scope 1 en 2

Scope 3

Resterend CO2-budget bedrijfsvoering

Toelichting tabel
We willen de komende jaren op de bovenstaande zes thema’s gaan sturen door middel van acht indicatoren. Deze thema’s en indicatoren sluiten op het coalitieakkoord van de gemeente Amersfoort en de ESRS-standaarden aan. Van deze acht indicatoren kan een deel al gemeten worden. Alle indicatoren moeten echter de komende jaren doorontwikkeld worden om de thema’s volledig te kunnen meten.

Deze pagina is gebouwd op 05/13/2025 12:00:17 met de export van 05/13/2025 11:46:47